OVER ONS
Delftsche Studenten Rugby - Club
Sinds 1918
Welkom op de site van de Delftsche Studenten Rugby-Club. Met meer dan 100 jaar geschiedenis en traditie zijn wij de oudste rugby-club in Nederland. Met 3 teams die op verschillende niveaus en met
verschillende ambities spelen, hebben we plek voor iedere student die wil rugbyen in Delft.
Ons 1e team speelt op het tweede niveau in Nederland, de eerste klasse. Door veel samenwerken op en naast het veld heeft de DSR-C een speelstijl ontwikkeld waardoor het prima in de Ereklasse kan handhaven, echter is met het oog op spelerswelzijn in 2020 besloten tijdelijk een stap terug te nemen. Elk jaar leggen we de lat hoger met het 1e team en kijken we hoe we het best kunnen presteren met zijn allen.
Het 2e team speelt in de 4e klasse. Na een lange tijd in de 3e klasse heeft het tweede team een stap terug gedaan om weer op te bouwen. Het is namelijk goed om op het hoogste niveau te spelen wat je aankan, maar bij het 2e team is de 3e helft ook belangrijk.
Ons 3e team is het jonge honden team. Elk jaar trekken wij jongens aan die horen dat je kan sporten op topniveau en af en toe een biertje kan drinken. Deze jongens die nog nooit een bal hebben aangeraakt en toch fit willen blijven door te rugbyen komen in het jonge honden team.
Voor deze nieuwe rugbyende studenten is er een competitie opgezet tussen andere studentenclubs om ze rustig kennis te laten maken met de rugby cultuur. Met veel nieuwe jongens die elk jaar rugby proberen moet het duidelijk worden dat je op het rugbyveld keihard moet werken om na de wedstrijd met zijn allen gezellig een biertje te kunnen drinken.
Het is al eerder gezegd, maar de kracht van de DSR-C zit hem in het feit dat we zoveel samen doen naast het veld. Als ondervereniging van het Delftsch Studenten Corps zijn we naast de studie vaak te vinden op de sociëteit, waar we gezellig met zijn allen een paar pilsjes nuttigen.
Maandelijks organiseren we een dispuut op een donderdag avond. Dan gaan we met zijn allen na training eten op de Zaak en laten we iedereen zien dat we naast topsport ook een paar bieren kunnen drinken als
student. Maar voor die paar bieren moet er hard gewerkt worden. We trainen met zijn allen 4 keer in de week, 2x op het veld. Met twee coaches die onze voorwaartse en backs keihard laten rennen op het veld, gaan we er elk weekend vol tegen aan.
Bij de DSR-C moet je niet alleen hard voor jezelf werken, maar voor iedereen naast je. We zijn één DSR-C en we werken allemaal samen om te spelen en te winnen.
Als het seizoen eindelijk is afgelopen komt voor de studenten de kers op de taart, Thoer. Voor 4 dagen gaat de DSR-C naar het buitenland om met zijn allen vakantie te vieren en een wedstrijd te
spelen tegen een buitenlandse club. Afgelopen jaren zijn we naar Praag, Kopenhagen, Luik en Hamburg gegaan. Elke 5 jaar hebben we Lustrum en dan gaan we ook op LustrumThoer. De laatste
was in 2018, we gingen met 100 leden en oud leden naar Zuid Afrika en hebben daar 2 wedstrijden gespeeld tegen Zuid Afrikaanse teams en nog veel meer mee gemaakt.
Wil je een keer een balletje gooien en ben je benieuwd wat je als rugbyer allemaal meemaakt? Kom een keer langs of neem contact met ons op via de site!
Bestuur
Seizoen '23/'24
Luka
Gaugler
President
Wouter
van Miltenburg
Secretaris
Adriaan Paulus van Pauwvliet
Thesaurier
Jasper
Schoen
Wedstrijd secretaris
Paul
Mertens
Commissaris
Jonghe Honden
Top niveau rugby begint bij de basis van elke club. Zonder toestroom van nieuw talent, kan de –Club natuurlijk niet groeien. Daarom is het Jonghe Honden (JH) team heel belangrijk binnen de DSR-C. Jonghe Honden zijn de eerstejaars van de –Club. Het team bestaat altijd uit zowel onervaren en ervaren eerstejaars die samen elk jaar een heel sterk team maken.
De JH trainingen vinden op dinsdag avond plaats en ze zijn bedoeld om alle nieuwe spelers zo snel mogelijk rugby te leren spelen. Het JH team doet mee aan de landelijke JH competitie, waardoor alle spelers heel snel rugby ervaring opdoen. JH mogen ook op elk moment samen met het 1e een 2e team meetrainen, wat zorgt voor een snelle doorstroom van van spelers naar de hoofdteams van de -Club. Door het aantal trainingen en wedstrijden die het JH team heeft per jaar, is het meedoen met het JH team van de DSR-C heel goed te combineren met een druk studentenleven. JH doen ook mee met alle sociale activiteiten van de DSR-C, dus er is altijd wel wat te doen.
Het hoogtepunt van het jaar voor elke nieuwe speler is natuurlijk Thoer, waar ze alles wat ze door het jaar heen in rugby geleerd hebben kunnen toepassen op internationaal niveau. Kortom, kom je in Delft studeren en wil je je studentenleven combineren met sporten?
Ben je in rugby geïnteresseerd? Neem dan contact op met Wouter (+31 6 36334975).
Rusthuys Molsteyn
Waar ballen ovaal zijn en waar pijn en plezier in één adem genoemd worden. Bewoond door de 10 meest waardige rugbyers, is Molsteyn al jaren de ruggegraat van onze geliefde -club. Van verzamelen tot zuipen en van pre game hype tot post game relaxation fungeert molsteyn als de thuisbasis van de DSR-C.
Met z’n 10en vormen we een hecht huis en doen we gezamelijk van alles. Naast het voor de hand liggende trainen, gymmen en eten, gaan we jaarlijks op huisweekend, houden we date diners en doen we andere activiteiten waar menig studentenhart harder van gaat kloppen.
Ook voor nieuwe studenten/rugbyers in Delft is Molsteyn een aanspreekpunt om aansluiting te vinden met de –club en kennis te maken met Delft. Neem gerust contact met ons op en kom een keer langs voor een hapje of een pilsje.
Geschiedenis
Periode 1918-1938
Oprichting en eerste wedstrijden
De DSR-C werd op 24 september 1918 opgericht op initiatief van J.L. Schurink en J.F. Ebeling. Het eerste bestuur bestond uit W.L.Z. v.d. Vegte (President), J.J. Heyting (Secretaris), C. Julius (Commissaris Materiaal), P.A. Wermink (Commissaris, Vice-secretaris) en J.F. Ebeling (Thesaurier) zelf. De eerste trainingen werden verzorgd door J.L. Schurink en H.L. Reitz. De officiële oprichting van de DSR-C als rugby vereniging volgde op 21 oktober 1918 en hiermee was de geboorte van de oudste rugby-club van Nederland een feit. Dit was meteen een groot aantal mensen opgevallen: de DSR-C had meteen 130 leden!
Er worden twee aanleidingen genoemd voor het oprichten van de DSR-C:
- De invoering van Rugby in Nederland door Britse krijgsgevangenen tijdens de Eerste Wereldoorlog.
- De aanwezigheid van veel Zuid-Afrikaanse studenten in Delft, die het spel natuurlijk al kenden.
De oprichting was ook in de rest van (studerend) Nederland niet onopgemerkt gebleven: al snel werden de Amsterdamse Studenten Rugby Club en een rugbytak van de Groningse Voetbalvereniging “Forward” opgericht. In die tijd was er slechts sprake van vriendschappelijke wedstrijden. Die werden in de pers vaak met toeters en bellen aangekondigd, zo blijkt uit dit voorbeeld daterend van april 1920:
“Wat het spel in de eerste plaats eischt is moed. Wie bang is voor lichamelijk letsel, wie in zich voelt huiver of schroom zich te bezeeren, wie schuchter is voor een schram of huidontvelling, hij blijve ver van het rugbyterrein. Hij ga kienen of knikkeren. De groote waarde van Rugby voor onze samenleving is, dat het mannen kweekt met fut in de knuisten en een hart in de borst, mannen die niet opzien tegen lichamelijk leed, wier constitutie, spierenweefsel en beenderenstelsel opgewassen zijn tegen de weinig minzame aanrakingen, waartoe het spel aanleiding geeft.”
Dat de sport in die tijd nog niet al te professioneel beoefend werd – maar dat de pret niet mocht drukken – blijkt wel uit het volgende. Delft was vergeten ballen mee te nemen naar Arnhem voor een wedstrijd tegen Groningen op 27 maart 1920. In heel Arnhem was echter geen rugbybal te vinden, dus werd de wedstrijd gespeel met een voetbal die was ingesnoerd met een riem. Deze Delftse vindingrijkheid mocht helaas niet baten: er werd met 17-5 verloren
Oprichting 2e Nederlandse Rugby Bond
Het jaar is inmiddels 1931. Na acht jaar stilte wordt er een hernieuwde poging gedaan een Nederlandse Rugby Bond op te richten, dit keer door Delft, Amsterdam en Eindhoven. Een competitie komt er echter nog niet van. Daardoor speelt de DSR-C tot 1935 tegen buitenlandse ploegen, waaronder de gebruikelijke lustrumwedstrijd tegen ABSC.
Daarna is het toch echt tijd voor een eerste competitie. Amsterdam, het Gooi, Delft, Den Haag en Eindhoven streden om de Dr. H.D. van Broekhuizen troffee, en hoewel Amsterdam de eerste editie won werd in het lustrumjaar 1938 de beker wél binnengesleept. Ook werden er weer veel demonstratiewedstrijden gespeeld, waarbij soms wel 2000 toeschouwers langs de lijn stonden. Gelukkig bleek de NRB dit maal wél bestand tegen de op- en neergang in rugbypopulariteit en bestaat deze tot op de dag van vandaag nog steeds.
Periode 1948-1966
Na de oorlog werden er al snel weer gerugbyd tegen buitenlandse teams, daar zijnde een bezoek van Brasenose College Oxford en een tour naar Engeland in ‘48. Dat jaar werd ook voor de derde keer de van Broekhuizenbeker gewonnen. Twee jaar later was het weer raak, en werd er ook tegen de Antwerp-Exiles gespeeld in plaats van tegen ABSC. Die hadden echter hun secretaresse meegenomen, waardoor eten op de D.S.S.P. geen optie was. Het DSC was in die tijd immers nog een gescheiden vereniging.
In de jaren ’50 werd er naar minder bekende oorden gereisd en teams van verder in Europa ontvangen. Zo bezocht de DSR-C in 1951 als eerste Barcelona, dat in die tijd al twee rugbyclubs kende. Twee keer werden de Delftenaren samen met hun gastheren op het stadhuis ontvangen en volgde daar een rondleiding op. Een paar maanden later werd een gecombineerd Spaans team in Delft ontvangen, ook toen compleet met stadhuisontvangst. Helaas werden alle wedstrijden – uit en thuis – nipt verloren.
De Tsjechen die een paar jaar later op bezoek kwamen maakten echter een nog denderendere indruk toen ze om half twee ’s nachts (of ’s ochtends, het is maar hoe je het bekijkt) met 36 man sterk de Delftsche Studenten Societeit Phoenix binnen kwamen. Ook het uitstapje naar Scheveningen was memorabel, niet in de minste zin omdat een achttal Tsjechen in adamskostuum besloot om voor het eerst kennis te maken met de zee – in november, welteverstaan. Ook de bokking ging er als zoete koek in alvorens een van de visrestaurants bijna leeg werd gegeten. Het rugbyen ging ze ook goed af, want ze wonnen met 22-3.
Eind 1960 werd door de DSR-C het eerste interacademiaal Sevens toernooi georganiseerd. Meer gegadigden waren er niet, want Delft was de enige stad waar studenten aan rugby deden. Het doel van dit toernooi was dan ook het verspreiden van de rugbykoorts naar andere studentensteden. Ondanks het feit dat er nog maar weinig studenten buiten Delft van Rugby hadden gehoord lukte het Nijenrode en Leiden bijna om de DSR-C de overwinning af te snoepen. Delft zou Delft echter niet zijn als ze de twee met Zuid-Afrikanen afgeladen teams tóch wisten te verslaan op eigen veld. er worden sinds dat jaar verschillende studenten rugbyclubs opgericht. Ook worden er onder leiding van de DSR-C veel demonstratiewedstrijden en toernooien georganiseerd om rugby populairder te maken onder studenten. In 1966 leidt dit in Delft dan ook tot de (eerste en enige) oprichting van de NSRB: de Nederlandse Studenten Rugby Bond.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.